Psychologie wordt al langere tijd ingezet bij rechterlijke beslissingen, bijvoorbeeld bij het achterhalen of beoordelen van getuigenverklaringen. Ook al heb ik het momenteel druk met mijn verhuizing naar Maastricht, wilde ik jullie toch verblijden met een leuk en interessant artikel over de invloed van onze eetvoorkeuren die ik laatst ben tegengekomen. Het gaat namelijk om een artikel waarbij de eetvoorkeuren van het laatste avondmaal van gedetenineerden werden vergeleken om te kijken of iemand zichzelf (on)schuldig vond of niet. De vraag die beantwoord wordt in dit artikel is dan ook of keuzegedrag omtrent onze eetvoorkeuren wel kan worden ingezet als extra wapen in de rechtbank?
Het artikel over het laatste avondmaal
Het artikel komt onder andere van Brian Wansink, een Amerikaanse marketingprofessor die zich (veelal op creatieve en ludieke manier) bezighoudt met de psychologie en de consumptie van voedsel [1]. Hierbij richt hij zich met name op de invloed van onze (sociale) omgeving bij de verandering van ons eetgedrag. Ook dit artikel heeft hier mee te maken, waarbij de onderzoekers zichzelf de vraag stelden of iemands keuze van het laatste avondmaal meer zei dan iemands eetvoorkeur alleen.
De onderzoekers onderzochten de laatste avondmaal keuzes van 247 mensen die werden geëxecuteerd in Amerika en vonden dat degenen die hun onschuld beweerden 2.7 keer zo vaak hun laatste avondmaal weigerden dan degenen die hun schuld hadden toegegeven. Verder vonden ze ook dat degenen die zichzelf schuldig vonden om 34% meer calorieën vroegen, tevens vaker voor een bekend voedselmerk kozen en ook vaker vroegen om comfort-food (traditioneel, bekend of gemaksvoedsel). De resultaten waren dat iemand zijn of haar eetvoorkeur méér blootgaf dan diens eetvoorkeur alleen; het zei namelijk ook wat over iemands zelfbeschouwde (on)schuld.
Nut in de praktijk
De vraag is echter of deze bevindingen ook daadwerkelijk nuttig zijn in de praktijk. Naar mijn mening zegt het artikel in ieder geval wel dat (eet)voorkeuren inderdaad méér kunnen zeggen dan iemands (eet)voorkeur alleen. Of de bevindingen echt van praktisch nut zijn betwijfel ik. Ik denk dan ook dat als men, in dit geval gevangenen, eenmaal weet dat zij daarmee ook meteen signaleren dat ze zichzelf oprecht (on)schuldig vinden of niet, zij sociaal wenselijke eetkeuzes gaan opgeven (hetgeen niet onbekend is binnen de psychologie). Het doel van dit alles natuurlijk om onschuldig over te komen. Toch kunnen dergelijke bevindingen er in het ergste geval voor zorgen dat men simpelweg wat beter kijkt naar opvallende twijfelgevallen in de gevangenis. Indien iemand bijvoorbeeld volhoudt dat hij of zij onschuldig is en het bewijs is niet onomstotelijk, kan ik me voorstellen dat er naar andere aanwijzingen wordt gezocht.
Eetvoorkeuren en identiteit
Ik denk alleen niet dat iemands eetvoorkeur de gouden aanwijzing zal zijn. Het artikel is in mijn ogen dan ook niet zo revolutionair als het lijkt. Eetvoorkeuren zeggen al langer meer dan iemands eetvoorkeur alleen. Mensen maken doormiddel van hun eetkeuzes al langer een statement over waar ze voor staan [2]. Zo signaleert men bijvoorbeeld graag dat hun voorkeur uitgaat naar biologisch voedsel, duurzame producten of juist fastfood. En vaak mag iedereen dat weten ook. Mijn Ferrari staat dan ook niet in de garage maar opvallend voor de deur; zo kan iedereen namelijk zien dat het financieel goed gaat met mij. Dat ik op dit moment in werkelijkheid eigenlijk juist werkzoekende ben naar een uitdagende baan in Limburg (hint hint) doet er niet toe. Stoere bikers zullen verder ook niet allemaal van zo’n leer jasje houden in de zomer, maar het straalt wel hun identiteit uit.
Conclusie
De insteek van het bovenstaande artikel is erg creatief en origineel. Het bewijst in ieder geval dat de psychologie achter keuze- en consumentengedrag ons meer kan vertellen dan iemands productkeuzes alleen.
Het praktisch nut van het kijken naar eetvoorkeuren in de gevangenis betwijfel ik echter. Het is wellicht een te zwaar onderwerp bij de beoordeling van iemands (on)schuld, al geloof ik wel dat het inderdaad een indicatie kan zijn van iemands zelfbeschouwde (on)schuld. Hoe bruikbaar dit is in de praktijk moet nog maar blijken.
Dirk Laurijsen
Sociaal Psycholoog / Economisch Psycholoog / Social Worker
Referenties
[1] Kniffin, K., & Wansink, B. (2014). Death Row Confessions and the Last Meal Test of Innocence. Laws, 3, 1, 1-11.
[2] Berger, J., & Heath, C. (2007). Where Consumers Diverge from Others: Identity Signaling and Product Domains. Journal of Consumer Research, 34, 2, 121-134.
Bron thumbnail: bobjsrants.blogspot.nl
Een interessant idee inderdaad. Ik probeer zelf wel eens, als ik bijvoorbeeld moet wachten op de trein, deducties te maken over de mensen om mij heen aan de hand van kledingstijl, etc. Erg leuke manier om te tijd te doden.