Pijn is een moeilijk te omschrijven begrip, maar we weten allemaal waar ik het over heb bij het woord pijn. Iedereen heeft wel eens pijn, de een wat vaker dan de ander. Als je pijn hebt kun je gewoonlijk goed aangeven waar deze pijn zit. Bijvoorbeeld in je hand, na een ongelukje met een hamer. Maar wat als iemand pijn in zijn of haar hand voelt, terwijl deze persoon helemaal geen hand heeft? Bij mensen met geamputeerde ledematen komt fantoompijn zeer veel voor en deze mensen kunnen er jaren last van hebben. Fantoompijn wordt door de meeste mensen gezien als een raar verschijnsel. Kun je wel pijn hebben in een niet-aanwezig lichaamsdeel? Het zit zeker tussen de oren? Mijn antwoord: ja, het zit tussen de oren. Het zit namelijk in je hersenen.
Fantoom
De term fantoomledemaat is geïntroduceerd door de arts Silas Weir Mitchell in 1872. Hij observeerde duizenden soldaten die door verwondingen of amputaties geen armen of benen meer hadden, maar toch pijn voelden aan de ontbrekende ledematen. Vroeger werd gedacht dat er schade was in de stomp, met als gevolg vele extra amputaties en andere chirurgische ingrepen tot aan operaties in het ruggenmerg toe. Zonder succes. Nieuwe theorieën ontstonden nadat geobserveerd werd dat een aanraking op het gezicht ervaren wordt als een aanraking op een ontbrekende hand en een aanraking op de genitaliën ervaren wordt als een aanraking op de fantoomvoet. Hieruit is de theorie ontstaan dat in de somatosensorische cortex (het hersengebied waar sensorische stimuli verwerkt worden) en in de ernaast gelegen motorische cortex (het hersengebied verantwoordelijk voor bewegingen) een soort plattegrond bestaat van het lichaam. Deze plattegrond wordt de corticale homunculus, of gewoonweg homunculus genoemd. Het staat niet in verhouding tot ons daadwerkelijke lichaam, maar het gaat om de organisatie van de zenuwcellen. Het brein is een plastisch, veranderlijk, orgaan. Hoe meer een bepaald lichaamsdeel gebruikt wordt, hoe groter de plek die het inneemt op deze plattegrond. Dit heeft te maken met de hoeveelheid sensorische informatie die het brein ontvangt, met als gevolg de mate van activatie van zenuwcellen. De hand is betrokken bij fijne motoriek en vele bewegingen en is daarom onevenredig groot gerepresenteerd.
Behandeling
Als de hand ontbreekt, krijgt dit gedeelte van de homunculus waar de zenuwcellen informatie krijgen over aanrakingen aan de hand, geen sensorische informatie meer. In de hersenen kan geen lege plek zijn, dus het idee is dat de naburige neuronen, in dit geval de neuronen ter hoogte van het gezicht, deze lege plek innemen. Deze reorganisatie van de homunculus (of eigenlijk, van de zenuwcellen) vormt een verklaring waarom een aanraking aan het gezicht kan aanvoelen als een aanraking aan de hand, althans bij mensen die geen hand meer hebben. De neuroloog Ramachandran, een man waar we niet omheen kunnen wanneer we het hebben over fantoomledematen en fantoompijn, heeft op basis van deze theorie een behandeling voor fantoompijn ontwikkeld. Hij stelde dat als mensen met handen een vuist maken, we vanzelf aanvoelen wanneer we ermee moeten stoppen. Echter, bij mensen zonder hand blijven de signalen van de vuist in de somatosensorische cortex actief waardoor pijn ontstaat. Om dit verder te testen plaatste hij een spiegel verticaal voor zijn patiënten, die de opdracht kregen hun hand naast de spiegel te plaatsen en te bewegen. Hierdoor leek het alsof zij hun ontbrekende hand zagen, waardoor dit gedeelte van de homunculus sensorische input kreeg en de betrokken zenuwcellen actief werden. Eigenlijk wordt het brein nu voor de gek gehouden; door de sensorische input gaat het brein denken dat de andere hand er nog steeds is. In veel gevallen verdween hierdoor pijn. De therapie wordt spiegeltherapie genoemd en wordt langzaam maar zeker steeds meer onderzocht bij patiënten met fantoomledematen.
Samengevat kan geconcludeerd worden dat fantoompijn echte pijn is. Door de veranderde activatie van zenuwcellen vindt reorganisatie in het brein plaats. Dit kan pijn in de ontbrekende lichaamsdelen tot gevolg hebben. Vanuit deze theorie is spiegeltherapie ontstaan, die in eerste onderzoeken mooie resultaten heeft laten zien. Fantoompijn tussen de oren? Jazeker, namelijk in het fascinerende brein.
Bronvermelding:
Blackmore, S. (2010). Consciousness: An Introduction (2nd edition). Taylor & Francis, London.
Wat interessant. Ik had hier al wel eens wat over gehoord, maar dit maakt het een stuk overzichtelijker.