Het libido van de Zweden staat onder druk, zo berichtte Trouw. De Zweedse regering zit ermee in haar maag: er komen niet genoeg nieuwe Zweden. Zij vermoedt dat stress en gezondheidsklachten de oorzaak zijn. Niet alleen de Zweden kampen met dit probleem; ook de VS, Japan en Denemarken hebben ermee te maken. In Denemarken ging zelfs een campagne van start: ‘Doe het voor Denemarken.’ Japan en de VS; daar kun je je nog iets bij voorstellen. Het Japanse arbeidsethos is legendarisch. Vergeleken daarmee zijn zelfs de strengste calvinisten echte freeriders. In de VS, bakermat van het rauwe kapitalisme, koestert men nog steeds een droom: door hard werken kan iedereen de top bereiken. Niet dat die droom vaak uitkomt, maar het houdt de race en de stress in stand.
Maar Scandinavië? Hier voerden tolerantie, individualisme, feminiteit, toegevendheid en ontspanning toch de boventoon? Kijk maar naar de scores op de culturele dimensies van Geert Hofstede. De welvaart is hoog en de overheid waakt als een zorgzame vader over het wel en wee van de burgers. Is dit alles dan een façade waarachter het libido verschrompelt en de burger ziek en ongelukkig wordt door stress?
Geluk: Hofstedes dimensie ‘toegevendheid versus terughoudendheid’
Hoe meet je dat trouwens: geluk? Volgens Geert Hofstede is de dimensie ‘toegevendheid versus terughoudendheid’ een goede voorspeller van het ervaren geluksgevoel. De pool toegevendheid karakteriseert hij door ‘de perceptie dat je vrij bent om te doen wat je wilt, dat je geld mag uitgeven en dat je je mag overgeven aan prettige vrijetijdsbestedingen.’ De pool terughoudendheid karakteriseert hij door ‘sociale normen en restricties en dat het niet helemaal in de haak is om te genieten van vrije tijd, geld uitgeven en aanverwante zaken.’
Zijn er correlaties tussen geluk en andere dimensies van Hofstede? Jawel; een middelmatige correlatie met machtafstand en individualisme en een zwakke correlatie met de onzekerheidsvermijdende oriëntatie op lange- en korte termijn. Zijn individualistische mensen die een grotere mate van gelijkheid ervaren dan gelukkiger? Nee, het kan ook omgekeerd zijn: geluk maakt mensen meer individualistisch en meer geneigd tot gelijkheid.
Als we de variabele toegevendheid onderverdelen in drie groepen (hoog, midden en laag) en vervolgens die groepen vergelijken, dan blijkt dat de groep die het hoogst scoort op toegevendheid, het minst heeft met grote machtafstand, hoog scoort op individualisme en zich het minst bekommert om onzekerheidsvermijding en dus bereid is risico’s te nemen.
Nog meer geluksvogels
Er zijn meer pogingen gedaan om geluk per land te meten, bijvoorbeeld het World Happiness Report (zie bronnen). Indicatoren die in het WHR een rol spelen zijn het BNP, social support, healthy life expectancy, freedom to make life choices, generosity, perceptions of corruption en lastig te definiëren begrippen als positive en negative affect. Hoe het ook zij, volgens deze criteria is in Europa de gemiddelde Zwitser (op de voet gevolgd door Denen en IJslanders) het gelukkigst en de gemiddelde Bulgaar, Oekraïner en Hongaar het minst gelukkig.
Dat ziet er zo uit:
Dit beeld komt sterk overeen met Hofstedes dimensie toegevendheid. De correlatie is dan ook hoog (r = 81). Verder vinden we ongeveer dezelfde uitkomsten naar regio (west en noord hoge geluksscore; zuid en – vooral – oost lage score), terwijl protestanten gelukkiger zijn dan rooms-katholieken en zij weer gelukkiger dan orthodoxen. Religiositeit blijkt ook een (zeer beperkt) effect te hebben: in landen waar mensen minder religieus zijn, zijn ze iets gelukkiger.
Geluk en levensverwachting
De veronderstelling is dat gelukkige mensen ook langer leven. Er is inderdaad een hoge en significante correlatie tussen levensverwachting en score op het WHR (r = 74).
Er zijn wel verschillen tussen regio’s: de levensverwachting in West-Europa is iets hoger dan die in Noord- en Zuid-Europa (die nagenoeg gelijk opgaan). Dat Zuid-Europa hoog scoort, ondanks dat mensen aangeven minder gelukkig te zijn, verklaart men ook vanwege het mediterrane dieet met olijfolie in plaats van boter en veel vis: goed voor het cholesterol met als gevolg minder hart- en vaatziekten. Hekkensluiter is Oost-Europa. Dit schrijft men dan weer toe aan de hoge alcoholconsumptie en het lagere welvaartspeil.
Geluk is zeker goed voor een lang(er) leven, maar eet- en drinkgewoonten spelen dus ook een belangrijke rol. En wat we natuurlijk ook niet moeten vergeten: een goed functionerende gezondheidszorg. En daarvoor is dan wel weer geld nodig. Levensverwachting blijkt dan ook niet alleen samen te hangen met geluk, maar ook met het Bruto Nationaal Product (BNP) per hoofd van de bevolking (r = 71).
Overigens blijkt de mate van religiositeit geen invloed op de levensverwachting te hebben. Veel bidden is dus geen garantie voor een langer leven. In landen waar een groot deel van de bevolking gelooft is de gemiddelde levensverwachting niet hoger dan in landen waar veel atheïsten wonen. Het maakt wel uit wat voor geloof men aanhangt. Protestanten blijken in het voordeel. Rooms-katholieken zitten in de middenmoot en orthodoxen scoren weer het laagst.
Maar of dat ligt aan het geloof dat men aanhangt? We zien het namelijk ook terug in verschillen tussen regio’s en dat zal dus voor een belangrijk deel te maken hebben met economische factoren. Religie zelf kan natuurlijk wel weer te maken hebben met economie. Zet het aan tot fatalisme of stimuleert het juist tot een arbeidzaam leven? Maar dat valt buiten het bestek van dit onderzoek.
In onderstaande infographic zijn de uitkomsten van wat ik hierboven beschreef samengevat.
Conclusie?
Ik begon deze reeks met de vraag of er een Europese identiteit bestaat. Dé Europese identiteit bestaat natuurlijk niet. Je kunt ‘Alle Menschen werden Brüder’ 24/7 op alle pleinen in Europa laten schallen; opgelegde eenheid zal niet werken. Hofstedes dimensies laten een Europa zien dat bestaat uit verschillende nationale identiteiten die langs grenzen van taal, religie en regio lopen. Het is niet zo dat we elkaar niet kunnen of wíllen begrijpen over die grenzen heen, maar de taal die we gebruiken verraadt in veel gevallen een ander psychologisch ‘stuurprogramma.’ Die programma’s zijn niet altijd volledig uitwisselbaar. Onbegrip en misinterpretatie liggen op de loer. Dat hoeft geen probleem te zijn als het gaat om een vakantiereis. Dan is het hooguit lastig, maar vaak ook amusant.
Een gulle, verontschuldigende lach delen we immers allemaal. Dat dan weer wel.
Willem Visser (https://beeldendetaal.wordpress.com/)
________________________________________
Bronnen
1. Hofstede, G., Hofstede G.J. & Minkov, M. (2013) Allemaal andersdenkenden – omgaan met cultuurverschillen. Amsterdam: Business Contact.
2. http://www.trouw.nl/tr/nl/33880/Ger-Groot/article/detail/4351715/2016/08/06/Liever-geen-seks-dan-onder-staatstoezicht.dhtml
3. http://worldhappiness.report/ed/2015/
4. http://reports.weforum.org/global-competitiveness-report-2015-2016/the-global-competitiveness-index-2015-2016/