Je kent het misschien wel; je bent ziek en wil toch weten waar die symptomen vandaan komen. Je schakelt Google in en voor je het weet zit je tot over je oren in de diagnoses. Ieder pijntje lijkt opeens 3 keer zo erg. Daarnaast heb je ook geconcludeerd dat je toch echt maar naar de huisarts moet. Sommige mensen komen ook tot deze conclusie zonder Google. Ze zijn overtuigd dat ze ziek zijn en ervaren hierdoor veel angst en stress. In de DSM IV werd dit nog hypochondrie genoemd, maar omdat deze term veel negatieve associaties opwekte, wordt het in de DSM V ‘Illness anxiety disorder’ (IAD) genoemd.

Betekenis

IAD komt bij zo’n 1% van de bevolking voor. Iemand met IAD is angstig dat hij/zij een ernstige ziekte heeft. Er zijn geen echte lichamelijke klachten aanwezig, hooguit in lichte mate. Ze zijn zich constant bewust van lichamelijke symptomen en interpreteren onschuldige lichamelijke sensaties als bewijs dat ze ziek zijn. Hun angst is zo groot dat ze er van overtuigd raken dat ze een ernstige ziekte hebben. Deze angst houdt aan, ook als artsen lichamelijk onderzoek hebben gedaan en de patiënt gerust hebben gesteld. Het gedrag van mensen met IAD wordt door hun angst beïnvloed. Zo is het mogelijk dat ze hun lichaam regelmatig controleren op tekenen van ziekte en de dokter vaak opzoeken. Aan de andere kant kunnen ze uit angst ook juist zorg vermijden. De constante bezorgdheid en angst kunnen iemand erg belemmeren in hun leven.family-1822498_1280

Ontstaan van Illness anxiety disorder

IAD komt in sommige families vaker voor dan in andere families. Er lijkt dus een genetische kwetsbaarheid te zijn voor het ontwikkelen van IAD. Mogelijk speelt geleerd gedrag hier ook een rol in. Als je familieleden angstig zijn voor ziektes of zich veel zorgen maken over lichamelijke symptomen, kan je dit gedrag aanleren en overnemen. Het blijkt ook dat mensen met IAD relatief veel familieleden met ziektes hebben meegemaakt. Dit leert mensen dat je ziektes erg serieus moet nemen en dat je goed moet uitkijken voor symptomen. De stoornis lijkt vaak te ontstaan in vroege volwassenheid. In deze tijd nemen de verantwoordelijkheden van mensen toe en zijn ze ook verantwoordelijk voor hun eigen gezondheid. Een toename in stress kan ook een trigger zijn voor het ontwikkelen van de stoornis. Daarnaast kan het meemaken van een stressvolle levensgebeurtenis een rol spelen in het ontstaan van IAD.

De vicieuze cirkel van angst

Iedereen ervaart lichamelijke sensaties; van spierpijn tot energiegebrek. Mensen met IAD focussen zich heel erg op deze lichamelijke sensaties. Doordat je je hier op focust, lijken de sensaties intenser dan ze werkelijk zijn. De hartkloppingen die je voelt lijken bijvoorbeeld plots harder en onregelmatiger. Als je de lichamelijke sensaties vervolgens foutief interpreteert, neemt je angst alleen maar toe. Je zou bijvoorbeeld kunnen denken dat de hartkloppingen wijzen op een ernstige hartstoornis. De angst die dan ontstaat kan er weer voor zorgen dat bepaalde lichamelijke sensaties toenemen; omdat je angstig bent gaat je hart nog sneller kloppen en ga je oppervlakkig ademhalen. Deze lichamelijke sensaties worden vervolgens ook gezien als bewijs dat er iets ernstigs aan de hand is… en zo kom je in een vicieuze cirkel terecht.recycling-401397_1280

Behandeling

Mensen met IAD komen vaak eerst bij de huisarts terecht. Pas als lichamelijke oorzaken zijn uitgesloten komen ze bij de geestelijke gezondheidszorg. De diagnose wordt pas gesteld als iemand al 6 maanden last heeft van de klachten. De stoornis komt vaak voor in combinatie met angst- en stemmingsstoornissen. Als we uitgaan van wat we weten over hypochondrie, lijkt cognitieve gedragstherapie een effectieve behandeling voor mensen met deze stoornis. Daarnaast kan medicatie ook verlichting geven, bijvoorbeeld anti-depressiva. Deze medicatie wordt ook gebruikt om angst en depressie te behandelen.

Bronnen
1. Barlow, D., & Durand, M. (2009). Abnormal Psychology: An integrative approach (Fifth edition). United States: Wadsworth Cengage Learning
2. Feltz-Cornelis, C. M, & Van Houdenhove, B. (2014). DSM-5: van somatoforme stoornissen naar ‘somatic symptom and related disorders’. Tijdschrift voor Psychiatrie, 56(3), 182-186. Geraadpleegd van http://www.tijdschriftvoorpsychiatrie.nl/assets/articles/56-2014-3-artikel-vanderfeltz.pdf
3. Reuman, L., & Abramowitz, J. (2015). Illness Anxiety Disorder. In D. Stein, & K. Philips (Red.), Handbook on Obsessive-Compulsive and Related Disorders (pp. 225-247). Geraadpleegd van https://books.google.nl/books?hl=nl&lr=&id=YKkvCgAAQBAJ&oi=fnd&pg=PA225&dq=hypochondria+dsm+5&ots=XX06i-rqZj&sig=BdWcPo8e7Dswr576YR9C_w7gmOk#v=onepage&q&f=false

Geschreven door Marleen Hoek

Marleen is afgestudeerd als kind- en jeugdpsychologe. Tijdens haar studie merkte ze dat ze graag één op één hulp biedt waarbij er sprake is van maatwerk voor de cliënt. Ze werkt nu als levensloopcoach waarbij ze volwassenen en kinderen met autisme begeleidt op diverse levensgebieden. Tijdens haar eerdere werk op een basisschool rees bij haar de vraag hoe we het onderwijs in kunnen richten zodat álle kinderen tot leren kunnen komen. Daarom is ze gestart met de Pabo en houdt ze ontwikkelingen op het gebied van onderwijs en psychologie goed in de gaten.

2 comments

  1. Jammer dat de auteur de titel van de stoornis foutief weergeeft. Het is nl. het illness syndroom ipv ilness. Deze foutieve omschrijving vermindert het animo om de (lezenswaardige) inhoud van het artikel te lezen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *