Over mbo-studenten bestaan nogal wat vooroordelen. Volgens opiniemaker en ondernemer Marianne Zwagerman ligt de oorzaak daarvan bij de basis: de term ‘laagopgeleid’, die we gebruiken voor praktisch opgeleide mensen. Een goede reden om een aantal veelgehoorde clichés over mbo’ers eens op een rijtje te zetten.
1. “Mbo’ers zijn nergens in geïnteresseerd. Ze zijn totaal niet betrokken bij onze maatschappij.”
Uit onderzoek blijkt dat mbo’ers wel degelijk betrokken zijn bij onze samenleving, maar dat ze meer bezig zijn met onderwerpen die dichtbij hen staan. Voor mensen in hun omgeving willen ze graag iets doen en problemen willen ze aanpakken in plaats van er lang over te delibereren. Een opvallend hoog percentage mbo’ers doet dan ook vrijwilligerswerk om iets voor de maatschappij te betekenen.
2. “Die mbo’ers zijn altijd zo lekker ongenuanceerd. Ze denken totaal niet kritisch na en gaan alleen
op hun gevoel af.”
Uit onderzoek blijkt dat mensen op het mbo kritisch nadenken: wel hebben ze vaak langer de tijd
nodig om tot veel argumenten te komen. Maar wanneer ze die kregen en de onderzoekers
hulpvragen stelden, konden ze hun mening goed onderbouwen met feiten. Ook stond het merendeel open voor andere perspectieven dan hun eigen mening. Uit een ander onderzoek blijkt zelfs dat praktisch- en theoretischopgeleiden even kritisch tegenover de media staan.
3. “Op het mbo zitten alleen maar domme mensen die niks kunnen.”
De gemiddelde mbo’er heeft van nature een lager IQ dan een hbo’er of wo’er (zie figuur 1), maar het staat niet per definitie vast. Uit tweelingenonderzoek blijkt dat intelligentie voor ongeveer 55 procent erfelijk is bepaald. De overige 45 procent wordt bepaald door omgevingsfactoren zoals opvoeding, cultuur, scholing en je vriendenkring. Je kunt het vergelijken met sporten: de één is van nature wat sportiever dan de ander, maar door regelmatig te sporten kun je wel je conditie trainen.
Figuur 1.
Naast het IQ zijn er meer theorieën over intelligentie: zo introduceerde de Amerikaanse Psycholoog
Howard Gardner bijvoorbeeld de meervoudige intelligentietheorie in 1983, een theorie die uit gaat van de talenten van de mens en niet enkel van het vermogen om theoretisch te werken. Gardner vindt dat het IQ de menselijke intelligentie onvoldoende beschrijft.
4. “Mbo’ers willen niks leren. Ze zijn totaal niet gemotiveerd en ze doen maar wat.”
Meer dan 60 procent van de afgestudeerden zegt voor dezelfde opleiding te kiezen als ze opnieuw
mochten beginnen. Driekwart geeft zelfs aan dat ze na het afstuderen een baan op eigen of zelfs
hoger niveau hebben gevonden. Als mbo’ers doorstromen naar het hbo, zijn ze vaak extra
gemotiveerd: hoewel het eerste jaar pittig is, doen de mbo’ers die overblijven het vaak beter dan de
havisten.
Niet alles wat we horen, zien of lezen over mbo’ers is dus waar. De volgende keer dat je iemand één van deze dingen hoort zeggen, weet je dat je het met een korreltje zout mag nemen dus.
Marianne deed tijdens een ondernemersbijeenkomst een oproep om het woord ‘laagopgeleid’ te
verbannen uit ons vocabulaire. Volgens haar zet onze maatschappij praktische mensen daarmee
onbedoeld weg als ‘laag’.
Als een MBO’er kan ik u geruststellen en u informeren dat ik erg geïnterreseerd ben in uw mening en ik u nu schrijf met antwoord. het best zou ik mij antwoord met een quote in beeld kunnen brengen dus zoals Sun Tzu altijd zij:”niemand vroeg hierom.”- Sun Tzu , the art of war
Dag Amy,
Interessant artikel! Bij punt 1 verwijs je naar een onderzoek waaruit blijkt dat mbo studenten betrokken zijn bij de samenleving. Ik doe hier onderzoek naar en vroeg me af wel onderzoek je hiermee bedoeld, dan kan ik deze eventueel gebruiken! Alvast bedankt!